Nieuw Hoogerlust

Nieuw Hoogerlust is een witgepleisterd huis dat met de voorgevel direct aan de straatweg staat. Het is vermoedelijk rond 1722 gebouwd en de eigenaar was toen de Amsterdamse boekhandelaar Jacob Lindenbergh. Deze Jacob was een man die in zijn leven meerdere misdaden beging en ook in de Vechtstreek schulden maakte. Na hem was het huis van 1741 tot 1764 eigendom van de rijke Amsterdamse koopman Hendrik Colonis, die het de naam Hoogerlust gaf en zijn terrein verder uitbreidde om rechts van hem aan de straatweg stallen, een koetshuis en een dienstwoning te kunnen bouwen.

Toen in 1846 de Breukelse kostschoolhouder Nicolaas Monné Hoogerlust kocht kwamen deze dienstgebouwen in handen van Albertine Gildemeester, eigenaresse van Vechtvliet en van de even daarvoor afgebroken buitenplaats Vechtstroom. Rond 1860 liet Albertine de dienstgebouwen renoveren voor haar zoon om na zijn huwelijk daar te kunnen gaan wonen. Bij deze renovatie zijn de panden Straatweg 198-200-202 samengetrokken onder één doorlopende lijstgevel en zijn de bouwsporen weggewerkt achter een pleisterlaag. In 1887 is aan de kleine buitenplaats de naam Nieuw Hoogerlust gegeven.